Geloven als hoofdtaak

Kerkelijk opbouwwerker Arjen Barelds is vol van God en van de Bijbel. Hij maakte van de kerk zijn werk en heeft met heel wat leden van de Koningshoffamilie waardevolle geloofsgesprekken gevoerd.  Luisteren is daarbij vaak beter dan praten.

Arjen Barelds

Hij was twaalf en lag in bed toen hij zichzelf aan God hoorde beloven dat hij zou blijven geloven, zelfs als zijn ouders zouden besluiten dat dat niet meer zou hoeven. Dat was een belangrijk moment in Arjens levensreis met God. Het was een soort zeker weten, dat nooit is veranderd. Hij was een keurige Amersfoortse jongen, oudste in een gezin van zes, die niet zo heel veel zin had in leren maar verder behoorlijk in het gareel liep. ‘Mijn grootste jeugdzonden in mijn pubertijd waren kortstondig verliefd worden op een meisje dat niet gelovig was en een keer naar de bios gaan, iets wat toen opgetrokken wenkbrauwen opleverde. Het was nog zo’n onschuldige animatiefilm ook. Maar naar de kroeg gaan met vrienden en veel drinken, dat deed ik allemaal niet. Ik had een leuke vriendengroep op school, we zochten de grenzen niet op. En op mijn zeventiende kreeg ik verkering met Janine en trokken we heel veel samen op.’

‘Lachen man, die titel’

Het was een fijne jeugd in een gezin, waar ruimte was om te praten over het geloof. Hij zag hoe zijn ouders het geloof probeerden over te dragen via onder andere het Nederlands Dagblad en christelijke boekjes. Hij lacht als hij zich er eentje herinnert: ‘Kostbaar en kwetsbaar. Lachen man, die titel. Ging over relaties en seks geloof ik.’ Hij trouwde jong en Janine en hij kregen vier kinderen, terwijl Arjen eerst werkte in de aannemerij en daarna als technisch projectleider bij een sportbedrijf. In de kerk was hij actief in allerlei commissies en ook in de kerkenraad. Met een bak aan kennis en ervaring kwam Arjen na 16 jaar voor de keuze om ander werk te zoeken. Dat bleek niet zonder een HBO-papiertje te kunnen. Daar baalde hij van. ‘De schoolbanken waren niet mijn favoriet, maar belangrijker nog: ik hád toch allang bewezen dat ik geschikt was voor dit werk? Ik ging bidden: God, wat wilt u? Na heel wat uurtjes lezen en oriënteren kwam ik een filmpje tegen van Rikko Voorberg over de afgoden van deze tijd, waar we zo makkelijk op gaan vertrouwen. Het sloeg bij mij in als een bom, ik was er emotioneel van. Dit is waar het over moet gaan. Ontdekkingen doen over wie God is en waar ons leven over mag gaan, en dat samen met anderen ontdekken, daar wilde ik mee bezig zijn! Er kantelde iets bij me.’

Niet langer geloof ‘erbij doen’

Het voelde als een openbaring toen hij zich realiseerde dat hij niet langer zijn geloof ‘erbij wilde doen’, maar er zijn hoofdtaak van wilde maken. Janine stond er helemaal achter en zo ging hij met een hypotheek, vier opgroeiende kinderen en een ‘hekelervaring aan leren’ HBO-theologie studeren op de CHE. ‘Die studie was zó mooi, ik heb nog nooit zoveel plezier gehad in leren. Elk blok begon met geploeter, maar eindigde met opgetogenheid over wat ik nú weer geleerd had!’ Aan het eind van de studie kwam hij het gemeenteprofiel van De Koningshof tegen op LinkedIn. Dit is mijn plek, dacht hij, zo’n brede kerkvisie was hij niet eerder tegengekomen. Hij solliciteerde. ‘En ik werd nog aangenomen ook.’

Moeilijk: je vrouw zo zien worstelen

Arjen houdt ervan God bij vraagstukken te betrekken en schuwt daarbij de schurende en kritische waaromvragen niet. In zijn eigen geloofsleven heeft hij die niet veel, hoewel dat niet wil zeggen dat hij geen zorgen kent. ‘Maar ik heb blijkbaar niet de behoefte naar God te schreeuwen: “Wat bent U aan het doen?” In ons gezin hebben we zware tijden gehad. We raakten onverwacht in verwachting terwijl een zwangerschap om gezondheidsredenen sterk afgeraden was. Toen kwam het voor ons op bidden aan, want als God dan tóch een zwangerschap geeft… We moesten het in vertrouwen overgeven. Moeilijk, want een bestaan vanuit een rolstoel was niet te overzien. En ook de latere zorgen om de mentale gezondheid van een van onze kinderen waren en zijn zwaar. Bij mij geeft zoiets geen geloofscrisis, maar ik zag Janine wel worstelen met God. Dat vond ik erg moeilijk om te zien, want met oplossingen komen helpt dan niet. Op een gegeven moment wist ik niet meer wat ik moest zeggen. We voelden beiden alles tussen onze vingers door glippen. Gevoelsmatig kon ik dat toch bij God kwijt, maar als je de ander dat houvast niet kunt geven of kunt uitleggen, terwijl je die verbinding wel zoekt bij elkaar, is dat heel heftig. Terwijl ik daar nog wel ‘m’n werk’ van had gemaakt! Als mens en als stel hebben we, mede dankzij de hulp die we kregen, hier veel van geleerd. Nu kijken we verwonderd en ontzettend dankbaar terug en ben ik blij dat het op dit moment een stuk stabieler is.’

De Geest aan het werk

Hoe mooi is het als mensen binnen de gemeente elkaar zien, verbonden zijn, voor elkaar zorgen en in de moeilijke momenten van het leven steun kunnen zoeken bij God en bij elkaar. Dat is waar Arjen als kerkelijk opbouwwerker een aanjagende rol in wil spelen. Toen hij in 2020 in Apeldoorn startte was het best even spartelen en zoeken naar hoe zo’n rol er precies uit moest komen te zien. Inmiddels is dat duidelijk en focust hij op kerkelijk opbouwwerk. Dat doet hij op allerlei terreinen: met het moderamen, de RvOD, met taakgroepen, op catechisatie en in individuele gesprekken. ‘Ik loop mee, stel vragen, we gaan samen zoeken en ik kan een deel van mijn theologische kennis en ervaring kwijt. Het is een soort dans: instappen, meelopen en weer uitstappen. Bijvoorbeeld bij kleine groepen of een bezinningsweekend. Soms is dat best spannend, zeker als het over thema’s gaat waarover verschillend gedacht wordt in de gemeente. Zulke dingen moeten geen splijtzwam worden, dus gaan we daar in alle openheid al zoekend het gesprek over aan. Ik vind het heel mooi om de Geest aan het werk te zien en groei te zien ontstaan. Het is zowel inhoudelijk als praktisch, ondersteunend en aanjagend, zodat we ergens uitkomen met elkaar.’

Hoe gaaf is dat?

Als idealist verlangt Arjen ernaar dat mensen hun veiligheid bij de Bron zoeken. Bij die ene God en die rijke Bijbel. En dat we het daar in De Koningshof over hebben samen. Met liefde voor elkaar, ruimte gevend aan ieders zoektocht en vooral ook luisterend naar zorg en kritiek. ‘Mijn ervaring is dat onder die opmerkingen meestal geen oordeel zit maar angst. En als je op zoek gaat naar de reden van die angst, ontdek je waar het verlangen van mensen zit. En vaak vind je elkaar daar. Hoe gaaf is dat!’