Waarom laat God dit gebeuren? Thirza Kolkman heeft veel meegemaakt in haar leven en altijd vertrouwd dat het goed zou komen. Maar dat veranderde toen haar moeder totaal onverwacht overleed in 2022. ‘Het gevoel door God gedragen te worden was in één klap weg.’
Haar moeder was haar rots bij wie ze met al haar vragen terechtkon. Die haar hielp te reflecteren en een aanwezige oma was die genoot van haar kleinkinderen. Tot die ene septemberdag, toen een hersenbloeding een einde maakte aan haar leven. Het leven van Thirza stond op z’n kop en nog steeds is het moeilijk met het verlies en de nasleep ervan om te gaan. Ze zocht er hulp bij en dat helpt. ‘Mijn psycholoog stelt het verdriet voor als een bal in een pot. Mensen denken vaak dat de bal met de loop van de tijd kleiner wordt, maar dat is niet zo, de ruimte in de pot – het leven – wordt groter. En dat is ook zo.’
Dankbaar
Thirza had haar ouders bij het opgroeien extra hard nodig. Toen ze zes was, werd epilepsie bij haar geconstateerd. Dat maakte haar jeugd pittig. ‘Het ging letterlijk met vallen en opstaan. Eerst viel het nog wel mee, maar in de puberteit werd het steeds heftiger. Dat gaf een deuk in mijn zelfvertrouwen, want het is natuurlijk niet leuk als je naast iemand in de bus zit en dan bang bent dat je een aanval krijgt. Gelukkig kwamen ze voornamelijk ’s nachts of op school. Maar het beperkte me natuurlijk wel. Ik volgde bijvoorbeeld de theoretische leerweg, omdat meer op dat moment niet te doen was. Mijn ouders hebben me nooit ontzien en daar ben ik ze tot op de dag van vandaag dankbaar voor. Ik heb geleerd door te zetten en vol te houden, hoewel ik daarbij ook wel over mijn grenzen ben gegaan.’
Prachtig leven
Uiteindelijk had ze zoveel aanvallen per dag dat er niet meer mee was te leven. Op haar negentiende onderging ze een ingrijpende hersenoperatie. ‘Het was dat of mijn leven aanpassen inclusief begeleid wonen en een Wajong-uitkering. Dat stempeltje wilde ik er niet op hebben. Nu heb ik letterlijk een gat in mijn kop, is mijn langetermijngeheugen aangetast en kan ik snel overprikkeld raken, maar sinds die dag heb ik geen aanval meer gehad!’ Dat was in juni 2010. ‘Als ik nu terugkijk dan realiseer ik mij wat een prachtig leven ik heb gekregen. Met een opleiding, de ontmoeting met Arjen, onze kinderen Lars en Lynne en mijn baan op een advocatenkantoor.’ Ze lacht bij de herinnering aan hun trouwdienst in 2015. ‘Ds. Van de Kamp koos als tekst die over de onderdanige vrouw en was daar niet van af te brengen.’
Het is te veel
Thirza komt uit een traditioneel ‘vrijgemaakt’ gezin. Haar geloof en vertrouwen op God ontwikkelden zich door haar ziekte wel als een soort rollercoaster. ‘Ik sprong weleens uit mijn vel en dacht: God, waarom heb ik dit, als ik weer een leuke activiteit met vriendinnen aan me voorbij moest laten gaan. Ik wilde veel, maar kon weinig. Toch heb ik altijd op God vertrouwd, geweten dat het goed zou komen, omdat Hij mij draagt. Dat had ik als kind al. Toen ik ja zei tegen God was dat gemeend.’ Dat vertrouwen viel weg toen haar moeder overleed. En ook na twee jaar is dat nog een worsteling. Regelmatig gaat ze naar de begraafplaats in Ommen om bij het graf te zijn en haar gedachten op te schrijven. ‘Ik mis mijn moeder ontzettend. Wat het verwerken ook bemoeilijkt is dat mijn vader is hertrouwd en nu in het buitenland woont. Ik gun hem natuurlijk dit nieuwe geluk, maar het is een soort van tweede verlies dat er voor ons eigenlijk niet bij kon.’
Voetstappen
‘Eerst was ik heel boos op God. Dat duurde best lang maar inmiddels is het minder. Het lievelingsgedicht van mijn moeder was dat van die voetstappen in het zand. Daar houd ik me nu aan vast. Soms voel ik me heel alleen omdat ik maar dat ene paar voetstappen zie. Toch vertrouw ik erop dat God me draagt. Ik houd me ook vast aan de preken van Lieuwe over straks, als Jezus terugkomt. Dat ik haar dan weer terug zal zien. Dan ga ik eerst heel lang met mijn moeder knuffelen! Het is nu wel binnengedrongen dat dat nog heel lang kan duren. De kerk voelde heel lang niet als thuis, zonder dat ik kan zeggen waarom. Voor de kinderen wil ik er regelmaat in brengen en zo ben ik ook opgevoed natuurlijk, maar voor mezelf is het soms moeilijk. De eerste de beste keer zongen we allerlei liederen uit de begrafenisdienst, afgelopen zondag ook weer. Ik vind het heftig om jankend in de kerk te zitten, maar ik laat het maar gewoon gaan. Rouw is de achterkant van liefde, zei iemand, en zo is het precies.’
JLH/september 2024